VAN LESSENREEKS TOT EXAMENVAK
“Nǐ hӑo”, is waarschijnlijk het eerste woord dat middelbare scholieren in Nederland leren tijdens hun Chinese les. Op het Rijnlands Lyceum Wassenaar wordt het vak Chinees al zeven jaar gegeven. Docent Gwendolyn Tates stond aan de bakermat.
De klas waar Chinese les wordt gegeven, is in de hal vanuit de verte herkenbaar. Bij de deuren hangen twee lampions en op de ramen zijn Chinese tekens geplakt. Ook binnen is de uitstraling Chinees. Er staan kleine kamerschermen met daarop Chinese taferelen, er hangen schilderijen en er staan waaiers in de vensterbanken. Gwendolyn Tates geeft vanochtend les aan vijf vwo. Zij begint de les meteen in het Chinees. Best lastig om te volgen, maar herhaling is belangrijk, zegt zij: “Engels, Frans of Duits kun je thuis of tijdens de vakantie nog weleens oefenen, maar Chinees spreek je niet zo vaak. Het leren van de taal vraagt veel doorzettingsvermogen en discipline. De grammatica is niet moeilijk, maar het leren van alle tekens wel.”
In de klas krijgen de studenten hun Chinese naam te horen. Deze naam kunnen ze gebruiken wanneer ze in april naar China gaan voor een uitwisselingsproject. “Ik heb samen met mijn eigen Chinese docent de namen samengesteld”, legt Tates uit. “Zij is Chinees van oorsprong en in China is het belangrijk dat de naam echt bij de persoon past. We hebben de voor- en achternaam vertaald en de juiste naam en Chinese tekens eraan verbonden. Ik ga de leerlingen zo uitleggen waarom er voor bepaalde namen is gekozen.”
Een van de leerlingen vraagt of ze hun naam ook in Chinese tekens moeten leren schrijven. Tates vertelt dat dit zeker nodig is: de naam is speciaal voor dit project samengesteld en zal vaak worden gebruikt. “We gaan tien dagen naar China”, vertelt zij even later. “De leerlingen gaan daar veel leren van de taal en ook van de Chinese cultuur. Het vak Chinees bestaat uit meer dan het leren van de taal. Juist meer leren over de cultuur is belangrijk, want dan snap je bepaalde begrippen en kun je dingen plaatsen.”
Een van de leerlingen is Emil Pascanean (16) uit Den Haag. “Ik volg al vanaf het tweede leerjaar Chinese les en vind het een leuke taal. Ik ben ook heel geïnteresseerd in het land. China wordt steeds welvarender en belangrijker in de wereld. Ik verheug me op de reis naar China, maar het zal ook wel zwaar zijn. Ik heb gehoord dat Chinese leerlingen heel lange dagen maken. Dat ze al om zes uur opstaan en om twaalf uur pas naar bed gaan. Socializen is er niet bij.”
Ook Névine Noordhoek-Hegt (16) uit Den Haag gaat mee op reis. “Ik heb gehoord dat leerlingen in China in de pauze op hun bankje slapen. Die andere cultuur zal wel even wennen zijn. Ik denk dat ik in die tien dagen veel zal leren. Chinees is een moeilijke taal en nu kan ik die echt in de praktijk brengen. De Chinese leerlingen komen in het najaar naar Nederland en dat zal voor hen misschien nog wel een grotere stap zijn. Zij zijn nog nooit in het buitenland geweest.”
Rector Jan Leuiken van het Rijnlands lyceum vindt de jaarlijkse uitwisseling heel belangrijk. “Voor zestienjarigen is zo’n reis een cultuurschok; ze leren er veel van. Dat geldt voor de Nederlanders, maar zeker ook voor de Chinezen die we hier ontvangen. Er ontstaan hele hechte vriendschappen.”
‘Het vak Chinees heeft onze school breder gemaakt. Je komt in contact met een cultuur die heel anders is’
Het vak Chinees staat of valt met de docent, zegt de rector. “Een nieuw vak moet worden opgezet, het moet zich bewijzen. Chinees is best moeilijk en dus is het belangrijk om de motivatie van de leerlingen op peil te houden.”
Het Rijnlands Lyceum kwam al snel in contact met andere scholen die Chinees geven. Jessica Paardekooper, zelf docent Chinees, coördineert een scholennetwerk dat is ondergebracht bij de Nederlandse organisatie voor internationalisering in het onderwijs (Nuffic). Dit netwerk helpt om de kwaliteit van het vak Chinees te waarborgen. De variatie is groot, vertelt Paardekooper: “Sommige scholen geven een lessenreeks van tien weken en andere kiezen voor de invoering van Chinees als examenvak.”
Op dit moment zit er geen groei meer in het aantal scholen dat Chinees op de een of andere manier heeft opgenomen in het lespakket. Voor sommige scholen is het lastig om een vaste docent Chinees te vinden, denkt Paardekooper. “In de Randstad zijn er genoeg docenten, maar daarbuiten is het minder makkelijk. Er is ook geen tweedegraads opleiding voor docent Chinees. Zo’n opleiding zou te duur zijn, omdat er per jaar maar weinig docenten starten. De meeste docenten hebben in Leiden Chinastudies gedaan en de eerstegraads lerarenopleiding aan het ICLON in Leiden gevolgd.”
Scholen die plannen hebben om met Chinees te starten, kunnen altijd bij het Nuffic terecht. Paardekooper: “Wij kunnen helpen bij het vinden van een docent, maar ook bij het opzetten van een hele leerlijn Chinees. Scholen kunnen hier zelfs subsidie voor krijgen.”
‘Er ontstaan hechte vriendschappen tussen de Nederlanders en de Chinezen’
Om het vak nog professioneler te maken, wordt op dit moment gewerkt aan een kenniswebsite voor de bovenbouw. Vanuit het Lerarenontwikkelfonds (LOF) is subsidie gegeven om met zeven docenten van verschillende vakken en scholen een website te maken met leermateriaal over de Chinese cultuur. Onderwerpen als boeddhisme, taoïsme, onderwijs in China en jeugd komen aan bod. Hierbij zijn ook docenten aardrijkskunde en geschiedenis betrokken.
Scholen in heel Nederland kunnen straks gebruikmaken van de kennis, zegt docent Tates van het Rijnlands. Zij is een van de docenten die de kenniswebsite opzet. “Het is nogal een berg cultuur en het is heel belangrijk welke keuzes je maakt. We geven bijvoorbeeld ook advies over het lezen van Chinese boeken. Die zijn vaak nogal dik en hebben geen plot. Wij geven tips voor boeken die wél haalbaar zijn voor leerlingen. Hier op school hebben we trouwens ook een mediatheek waar leerlingen terecht kunnen voor uit het Chinees vertaalde literatuur of boeken over China.”
Op dit moment maken de leerlingen van het Rijnlands een reisgids voor hun uitwisselingsproject. Om het vak interessanter te maken, gaan ze ook regelmatig naar tentoonstellingen, seminars, de Chinese Opera of eten in Chinatown. “Zo maak je de Chinese cultuur levend voor de leerlingen”, aldus Tates.
Sinds vwo-leerlingen examen Chinees kunnen doen, is er ook vraag naar examens voor havisten. Op sommige scholen wordt al aan havisten lesgegeven en wachten er leerlingen op de mogelijkheid om examen te doen. Dit is ook op het Rijnlands Lyceum het geval. “We lobbyen al een tijdje voor een examen voor havisten. Het is een logische stap na de invoering van Chinees voor vwo’ers”, zegt Paardekooper van het Nuffic. “Op dit moment zijn er twee scholen waar havisten examen Chinees kunnen doen. Dat zijn excellente scholen die meedoen aan de Pilot regelluwe scholen. Andere scholen wachten op uitsluitsel van het ministerie; een landelijk examen is voor hun havoleerlingen nog niet mogelijk. Elk jaar vragen scholen of er al meer bekend is, maar helaas is dat nog steeds niet zo.”
Ook Jan Leuiken vindt het jammer dat havisten nog geen eindexamen kunnen doen. “In Nederland staat het vak Chinees wel in de belangstelling, maar in de landen om ons heen is de belangstelling veel groter. Wij zijn in Nederland nog niet zo ver. Toch zou het voor de havisten en de scholen een toegevoegde waarde hebben. Als je een taal invoert, heeft dat ook invloed op andere lessen. Zo wordt in onze lessen geschiedenis en aardrijkskunde nu ook meer aandacht besteed aan China. Die vakken werken samen met de Chinese docent. Het vak Chinees heeft onze school breder gemaakt. Je komt in contact met een cultuur die heel anders is. De fundamentele begrippen hebben een andere inhoud en zo leren de leerlingen anders tegen dingen aan te kijken.”
Op het moment van het interview was de dreiging van het Coronavirus nog niet bekend. Het Rijnlands Lyceum heeft laten weten dat ze naar aanleiding daarvan de geplande uitwisseling met China in beraad houdt.
‘Engels, Frans of Duits kun je thuis nog weleens oefenen, maar Chinees spreek je niet zo vaak’
Chinees is de afgelopen jaren populair geworden in het middelbaar onderwijs. Op ruim zestig scholen wordt het vak gegeven. In 2018 deden voor het eerst 170 vwo’ers examen Chinees; dit schooljaar zijn het er al zo’n 230. Op het Rijnlands Lyceum geeft docent Chinees Gwendolyn Tates nu les aan 83 leerlingen, verdeeld over 5 leerjaren. Rector Jan Leuiken: “Bij ons kiest 10 procent van de leerlingen Chinees. Soms als extra vak en soms als examenvak. Je kunt Chinees toevoegen aan een
profiel of het kiezen in plaats van Frans of Duits. Ik raad scholen zeer aan om Chinees toe te voegen aan de lessentabel. Het is een verrijking voor je school. Ik adviseer wel om het in stapjes te doen. In de startfase was het bij ons een extra vak in de vrije ruimte. Dit hebben we in goed overleg met de medezeggenschapsraad geleidelijk uitgebouwd. Bij ons kun je Chinees nu kiezen in de profielen CM en EM, als vak in het vrije deel of als tweede moderne taal naast Engels in het verplichte deel.”
Tekst: Marguerite Irrgang • Fotografie: Dirk Kreijkamp
Terug naar het overzicht